Minder verspilling van brood en banket dankzij monitoring door NVB

8 maanden geleden gepubliceerd

De Nederlandse Vereniging voor de Bakkerij (NVB) heeft succes geboekt in het verminderen van de verspilling van brood en banket. Het aandeel reststromen van banket is met 27% afgenomen ten opzichte van 2020, en het aantal retouren van brood is zelfs met 30% gedaald. De NVB zet zich in om de reststromen en verspilling in de keten inzichtelijk te maken, zodat ze gericht kunnen werken aan reductie.

Monitoring als hulpmiddel

Een belangrijk instrument voor de NVB-leden om de verspilling van brood en banket te verminderen is monitoring. Door de reststromen en verspilling te monitoren, krijgen de leden van de NVB inzicht in waar de verspilling ontstaat. Daarnaast dient de sectormeting als een benchmark, waardoor bedrijven ook inzicht krijgen in hun prestaties ten opzichte van het sectorgemiddelde. Deze inzichten motiveren veel bedrijven om hun verspilling verder te verminderen.

Van verspilling naar diervoeding

Het brood dat overblijft in de supermarkt en teruggaat naar de bakkerijen, wordt vrijwel volledig verwerkt tot diervoeding. Dit is een waardevollere bestemming dan bijvoorbeeld vergisting, compostering of verbranding. Hoewel de verwerking tot diervoeder volgens de Europese definitie niet als verspilling wordt beschouwd, is het voorkomen van deze reststroom in de keten nog beter.

Optimalisatie van productieprocessen

De NVB-leden zetten zich niet alleen in voor het verminderen van de verspilling van brood en banket, maar werken ook aan de optimalisatie van hun productieprocessen. Ze zetten in op de vermindering van deegverspilling in het productieproces en de optimalisatie van de totale verspilling in de bakkerij. Daarnaast streven ze ernaar om de retourstromen van supermarkten verder te verminderen en de producten die retour komen nog beter te verwerken tot diervoeding.

Klaar voor de toekomst

De NVB en haar leden maken zich klaar voor de toekomst. Dit jaar willen ze de retouren en de verspilling nog verder terugdringen en nog meer bedrijven betrekken bij de monitoring. Door als sector nog beter inzicht te krijgen, kunnen ze gericht werken aan de vermindering van de verspilling van brood en banket.